De notitie ‘Zoete inval, dichte gordijnen en buurtmoeders’ bevat verhalen en reflecties over de transformatie van de traditionele Jeugdzorg naar ‘Jeugdzorg in de Buurt’, naar teams die in de buurt of wijk, soms alleen en soms met andere disciplines, steun en hulp aan kinderen bieden, aan hun ouders en hun leefomgeving.
De notitie ‘Zoete inval, dichte gordijnen en buurtmoeders’ bevat verhalen en reflecties over de transformatie van de traditionele Jeugdzorg naar ‘Jeugdzorg in de Buurt’, naar teams die in de buurt of wijk, soms alleen en soms met andere disciplines, steun en hulp aan kinderen bieden, aan hun ouders en hun leefomgeving. De samenwerking met de jeugdgezondheidszorg (als fundament van de jeugdsector) komt jammer genoeg slechts hier en daar summier aan de orde.
Organisatieprincipes van Annemarie van Dalen
Een aantal jaren geleden zijn een aantal toenmalige jeugdzorgaanbieders (nu aanbieders van jeugd en opvoedhulp) experimenteel gestart met ‘Jeugdzorg in de Buurt’. Ze gingen op zoek naar mogelijkheden om het keurslijf van het toenmalige systeem en de overdadige bureaucratie te doorbreken, meer nabijheid te bereiken en de kwaliteiten en de waarde van jeugdzorg professionals beter tot hun recht te laten komen. Meer nabijheid en meer handelingsruimte voor professionals dus. De bestuurders van de Jeugdzorgorganisaties waren geïnspireerd door het concept van Buurtzorg Nederland en de manier waarop Annemarie van Dalen deze vernieuwing, het organiseren van zorg, vertaalde in organisatieprincipes. Het gaat namelijk over parallelle processen. Het concept van Buurtzorg is niet één op één te vertalen naar jeugdhulp. De organiseerprincipes die Annemarie van Dalen destilleerde uit de aanpak van Buurtzorg Nederland, hebben wel richting gegeven. Als basis ziet Van Dalen dat het om organiseren van zorg gaat en niet over de zorgorganisatie. Dat organiseren in wezen betekent: hoe realiseren we onze visie? Het opbouwen van nabijheid is een iteratief proces is, waar geen blauwdruk voor bestaat: ‘elk team / elke organisatie moet haar eigen wiel uitvinden’. Dat dit alles van bestuurders een andere leiderschapsstijl vraagt, waarin het werken vanuit vertrouwen en het samen optrekken centraal staan, is evident.
Werkbezoek vanuit de luie stoel
Jeugdzorg in de Buurt zocht naar iets anders dan een doorsnee evaluatie rapport om de resultaten van hun zoektocht in beeld te brengen. Het rapport is voor nieuwe wethouders jeugd en nieuwe raadsleden als het ware een werkbezoek vanuit de luie stoel.Karin Schaafsma (DSP-groep) schreef in opdracht van Jeugdzorg in de Buurt zes inhoudelijke artikelen en zes portretten van de bestuurders die bij Jeugdzorg in de Buurt betrokken zijn geweest. Ze belichten allemaal aspecten van het transformatieproces dat zich momenteel binnen de jeugdzorg en ook breder in het sociaal domein voltrekt.
Rapport
Hierbij de link naar het rapport ‘Zoete inval, dichte gordijnen en buurtmoeders’.