Herstel van een problematische gehechtheidsrelatie is vaak mogelijk door een continue, stabiele en sensitieve zorg van de ouder. Dat is de belangrijkste boodschap van de richtlijn ‘Problematische gehechtheid’ voor jeugdzorgwerkers en gedragswetenschappers.
Herstel van een problematische gehechtheidsrelatie is vaak mogelijk door een continue, stabiele en sensitieve zorg van de ouder. Dat is de belangrijkste boodschap van de richtlijn ‘Problematische gehechtheid’ voor jeugdzorgwerkers en gedragswetenschappers.
De ontwikkelaar van de richtlijn is Marianne de Wolff (TNO Child Health). De richtlijn biedt jeugdzorgwerkers en gedragswetenschappers handvatten voor de signalering, diagnostiek en behandeling van problematische gehechtheidsrelaties van kinderen en jongeren binnen de context van een (pleeg)gezin, gezinshuis of residentie.
Deze richtlijn gaat over kinderen en jongeren die een problematische gehechtheidsrelatie hebben met hun (pleeg/adoptie) ouders. Onveilig gehechte jeugdigen ontlenen geen of onvoldoende emotionele veiligheid aan de relatie met hun ouder(s). Problematische gehechtheidsrelaties kunnen een negatieve invloed hebben op de kwaliteit van leven van het kind of de jongere, afhankelijk van de ernst van de gehechtheidsproblemen.
Voor JGZ-professionals gaat de ontwikkeling van een richtlijn over hechting binnenkort van start. Die richtlijn zal meer ingaan op het preventieve deel van de hechting en de ouder-kind relatie. JGZ-professionals kunnen de jeugdzorg richtlijn en de bijbehorende downloads ook raadplegen.